08 februari 2011

COLUMN Buurman - 5 -

Wielerwinters duren altijd lang. Een zonnige dag als vandaag, dan willen wij naar buiten. Vroege vogels, ze fluiten al, een voorzichtige prelude op de lente. Mijn achterhuis op het zuiden, mijn balkon vol zonneschijn, het lijkt heel wat onder die strak blauwe februarilucht. Zo besluit ik hier mijn benen te soigneren, de winterpruik eraf. Scheren, want harsen daar ben ik niet hard genoeg voor. Mietje, hoor ik je denken. Jijwel.
Zachtjes bromt de ladyshave, beginnend achter de achilleshiel, over het scheenbeen, buiten over de ronde knieschijf, een keertje extra door de binnenkant dartelt het ding over mijn oh zo witte winterbenen. Heerlijk hierboven in de buitenlucht, geen wolkje aan de lucht, de wind slaapt. Ik golf in bochten om alles goed te vergaren, blaas de lange zwarte haren uit de tondeusetang. Langzaam ontwaken de rennersbenen. Niemand die mij ziet, ik zit beschut, scheren in de buitenlucht. Mooi zo, denk ik tevreden, ik sta recht, spiegel mij in het slaapkamerraam, span mijn quadriceps, de pose van een bodybuilder. Dan gaat bij de buren het venster open, de buurman, hij ziet mij showen en vraagt verdacht makend zacht, ‘hé schat, ga je op stap?’

1 opmerking: